Omgevingsvergunning Stek87 verleend

Burgemeester en wethouder van de gemeente Valkenswaard hebben op aanvraag van Bureau Aard Vastgoed B.V. de omgevingsvergunning verleend voor de realisatie van het project Stek87 te Valkenswaard.
 
Wij hebben op de locatie aan de Willibrorduslaan 87 te Valkenswaard onder de projectnaam Stek87 een plan ontwikkeld bestaande uit 24 woonappartementen en 12 grondgebonden woningen. Nadat de gemeenteraad eerder het bestemmingsplan vaststelde, is nu ook omgevingsvergunning verleend. Dat betekent dat Baken Bouwbedrijf zich nu gaat toeleggen op de bouwkundige uitvoering, te beginnen met de sloop van de bestaande bebouwing.
 
Het project draagt bij aan het antwoord op de vraag naar geschikte woningen in Valkenswaard. Alle woningen zijn reeds verkocht. Wij feliciteren alle kopers en wensen hen samen met Baken Bouwbedrijf succes toe bij de bouwkundige uitvoering, gevolgd door hun beoogde woongenot.
 

Bureau Aard Vastgoed feliciteert Accres HR Solutions met de opening van een nieuwe locatie

Op 15 november 2021 heeft Accres HR Solutions de deuren van een derde vestiging geopend aan Markt 58 in Valkenswaard. De locatie midden in het centrum van Valkenswaard is door Bureau Aard Vastgoed ontwikkeld. We zijn dan ook ontzettend blij dat Accres HR Solutions een prachtig nieuw kantoor heeft gerealiseerd op deze prominente plek. Het is schitterend geworden!
 
Wij feliciteren Accres HR Solutions met de opening deze prachtige nieuwe vestiging en wensen iedereen van Accres Valkenswaard enorm veel succes!
 

Gemeenteraad Valkenswaard stelt bestemmingsplan Willibrorduslaan 87 vast

Na een zorgvuldige voorbereiding in samenspraak tussen Bureau Aard Vastgoed en de gemeente Valkenswaard, heeft de gemeenteraad van Valkenswaard in de raadsvergadering van donderdag 21 oktober 2021 besloten tot het vaststellen van het bestemmingsplan ‘Willibrorduslaan 87’.
 
De plek deed ooit dienst als onderwijslokatie. De Willibordusmavo. Biemans Keuken stichtte daar het bestaande gebouw dat nu in gebruik is bij Someren Tuinen en STEK87. In aansluiting op ons plan wordt dit een woonlokatie. De bestaande bebouwing zal worden gesloopt en plaats maken voor 24 appartementen, 12 grondgebonden woningen en voldoende parkeergelegenheid. Met deze ontwikkeling geven wij antwoord op de behoefte in de markt aan woningen. De bouwkundige realisatie komt in handen van Baken Bouwbedrijf.
 
Ontwerp Willibrorduslaan 87

Bureau Aard begeleidt de uitbreiding van Teqwork B.V.

Bureau Aard begeleidt de overname en samenwerking ter versterking van de marktpositie van Teqwork B.V.
 
Voor een ondernemer in de bouw en techniek is het van belang dat hij kan rekenen op gemotiveerde vakmensen. En voor vakmensen is het belangrijk dat zij op een verantwoorde manier en tegen een eerlijke beloning kunnen werken. Teqwork B.V. legt zich met haar onderneming Kr8worq er op toe dat die belangen “hand in hand” kunnen gaan door haar opdrachtgever te verbinden met de juiste (vak)mensen. Om haar positie in de markt van bouw en techniek te vergroten heeft Teqwork B.V. de activiteiten van KR8 Interim B.V. overgenomen en haar positie versterkt met Richard Kersemakers als (mede)aandeelhouder en bestuurder. De overname en samenwerking is tot stand gekomen onder de begeleiding van Bureau Aard.
 
Richard Kersemakers: “De groep van ondernemingen waar Teqwork B.V. deel van uitmaakt, maakt mij een speler in een team van professionals en stelt mij nog beter in staat dagelijks samen te werken met gerenommeerde opdrachtgevers en (vak)mansen in de bouw en techniek. Bureau Aard heeft de samenwerking zo kunnen inrichten, dat elke speler het beste tot z’n recht komt. Ik heb er zin in”. Ook Wim Smits, CEO van Strataegis B.V., die aan het hoofd staat van de groep van (voornamelijk uitzend)ondernemingen waar Teqwork B.V. deel van uitmaakt, is verheugd: “De overname en de versterking door de komst en toetreding van Richard stelt ons nog beter in staat te voldoen aan de toenemende vraag naar (vak)mensen en oplossingen voor passende arbeid in de branche van bouw en techniek”.
 
Bureau Aard begeleidt regelmatig overnames en heeft alle disciplines in huis om dat van begin tot eind te doen. In dit geval werd de overname en samenwerking begeleid door: Robert Philips AA RB en mr. M.Ph.A. Senders.
 

Het gerechtshof (16 februari 2021): Maaltijdbezorgers van Deliveroo geen ZZP-ers

Het gerechtshof Amsterdam heeft zich in haar arrest van 16 februari 2021 (ECLI:NL:GHAMS:2021:392) uitgelaten over de vraag hoe de overeenkomst met maaltijdbezorgers van Deliveroo moet worden gekwalificeerd. Zijn het ZZP-ers of zijn de maaltijdbezorgers op basis van een arbeidsovereenkomst werkzaam?
 
Deliveroo biedt in Nederland sedert 2015 een online maaltijdbestel- en betaalsysteem aan, alsmede een bezorgdienst. Tot in de loop van 2018 heeft Deliveroo voor de uitvoering van haar bezorgdienst bezorgers in dienst genomen op basis van een arbeidsovereenkomst. Sinds 1 juli 2018 werken bezorgers nog uitsluitend op basis van een overeenkomst van opdracht. De bezorgers zijn als ondernemer ingeschreven in het handelsregister. Betaling door Deliveroo aan de bezorger vindt per levering plaats op basis van facturering. De bezorger maakt voor de bezorging gebruik van een eigen vervoermiddel en smartphone. Met de smartphone maakt de bezorger gebruik van het ICT-systeem van Deliveroo.
 
Voor de kwalificatie van een arbeidsrelatie moet worden gekeken naar de elementen ‘arbeid’, ‘loon’, ‘in dienst’ en ‘gedurende zekere tijd’. Deze kwalificatie moet gebeuren aan de hand van de rechten en verplichtingen die partijen zijn overeengekomen me inachtneming van alle omstandigheden van het geval.
 
Arbeid
De bezorgers verrichten arbeid. Weliswaar is sprake van vrijheid waarmee arbeid wordt verricht en kan een bezorger zich laten vervangen, maar naar het oordeel van het Hof is dat niet van dien aard dat daarmee de kwalificatie “arbeidsovereenkomst” onverenigbaar zou zijn.
 
Loon
Deliveroo betaalt de bezorgers per afgeleverde bestelling. Deliveroo verzorgt zelf de facturen van de bezorgers. Deliveroo bepaalt de vergoeding en kan die (eenzijdig) wijzigen. Individuele bezorgers hebben naar het oordeel van het Hof geen invloed op de vergoeding.
 
Voor veel bezorgers geldt bovendien dat de belastingdienst hun werkzaamheden (voor de omzetbelasting) als hobby-matig aanmerkt (grens: 40% van het minimumloon), zodat hun prestatie niet belast is met omzetbelasting. Het ontbreken van ondernemerschap kan volgens het Hof een indicatie vormen voor werknemerschap. De wijze waarop de (loon)betaling door Deliveroo plaatsvindt, wijst naar het oordeel van het hof eerder op de aanwezigheid dan op de afwezigheid van een arbeidsovereenkomst.
 
In dienst van
Deliveroo stelt dat tussen haar en de bezorgers geen gezagsrelatie aanwezig is. Het Hof concludeert anders.
 
Aan de vrijheid van de bezorger om zelf de precieze route te bepalen komt geen betekenis toe en duidt naar het oordeel van het Hof niet op de afwezigheid (noch op de aanwezigheid) van een arbeidsovereenkomst. Ook een vrachtwagenchauffeur in loondienst heeft doorgaans immers die vrijheid.
 
De werkzaamheden, het ophalen en bezorgen van voedsel, zijn van dien aard, dat daarvoor weinig aanwijzingen nodig zijn. Dus de aard van de werkzaamheden brengt met zich dat de mate waarin aanwijzingen gegeven worden, op zich zelf niet veel zegt over de aan- dan wel afwezigheid van een arbeidsovereenkomst.
Dat het Deliveroo is die de inhoud van de contracten en de wijze waarop de werkzaamheden worden georganiseerd steeds eenzijdig wijzigt, duidt er ook op dat Deliveroo gezag uitoefent over de bezorgers. In algemene zin is een arbeidsovereenkomst immers vaker een door de werkgever opgesteld adhesiecontract, wat door de werknemer al dan niet geaccepteerd kan worden, terwijl tussen opdrachtgever en opdrachtnemer eerder zal worden onderhandeld over de inhoud van de overeenkomst.
 
Het gehanteerde GPS-systeem geeft Deliveroo (al dan niet via haar klanten) een vergaande controlemogelijkheid, die eveneens als een vorm van gezag is aan te merken.
 
Ook het door Deliveroo eenzijdig vastgestelde betaalmodel duidt op een vergaande bemoeienis van Deliveroo op het bezorgproces, en vormt daarmee een aanwijzing van gezag.
 
De wijze waarop Deliveroo werkzaamheden door bezorgers laat uitoefenen, duidt volgens het Hof veeleer op een gezagsrelatie, dan op de afwezigheid van een gezagsrelatie.
 
Gedurende zekere tijd
Het hof is van oordeel dat niet is gebleken dat de bezorgers die arbeid voor Deliveroo verrichten, dit in een verwaarloosbare omvang doen. Naar het oordeel van het hof is dan ook voldaan aan het in artikel 7:610 BW neergelegde criterium dat de arbeid gedurende zekere tijd dient te worden verricht.
 
Conclusie
Alle omstandigheden bij elkaar genomen constateert het hof dat slechts de aan de bezorgers ten aanzien van het verrichten van de arbeid gegeven vrijheid een omstandigheid is die eerder wijst op de afwezigheid dan op de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst. Alle overige elementen, waaronder de wijze van loonbetaling, het uitgeoefende gezag, de zekere tijd (met rechtsvermoeden), alsmede de genoemde overige omstandigheden wijzen meer op de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst dan op de afwezigheid daarvan. De aan de bezorgers ten aanzien van het verrichten van de arbeid gegeven vrijheid is bovendien niet onverenigbaar met de kwalificatie van de overeenkomst als arbeidsovereenkomst. Concluderend is het hof van oordeel dat de bezorgers van Deliveroo werkzaam zijn op basis van een arbeidsovereenkomst.
 
Gevolg is dat de bezorgers als werknemers moeten worden beloond en behandeld.
 
Tenslotte
De Hoge Raad overwoog op 6 november 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1746) dat niet van belang is of partijen daadwerkelijk de bedoeling hadden de overeenkomst al dan niet onder de regeling van de arbeidsovereenkomst te laten vallen; waar het om gaat is of de overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de wettelijke omschrijving van de arbeidsovereenkomst. Dat uitgangspunt komt ook hier weer tot z’n recht. Het laat bovendien zien dat partijen er bij het tot stand komen van een rechtsverhouding goed aan doen zich niet alleen te laten leiden door hun bedoelingen, maar rekening te houden met alle omstandigheden van het geval. De hulp van een juridisch adviseur, zoals de adviseurs die zijn verbonden aan Bureau Aard, kan daarbij van pas komen.
 

Een nieuw herstructurerings­instrument: Wet Homologatie Onderhands Akkoord

Op 1 januari 2021 is de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) in werking getreden. Deze nieuwe regeling in de Faillissementswet maakt het voor schuldenaren mogelijk schulden te saneren door middel van een onderhands akkoord. Omdat de regeling ook schuldeisers kan binden die niet met het akkoord hebben ingestemd, wordt het ook wel een “dwangakkoord” genoemd.
 
In faillissement kennen we de mogelijkheid dat de gefailleerde tot een bindend akkoord met schuldeisers kan komen ingeval tenminste de helft van de schuldeisers instemt, die tezamen tenminste de helft van de gezamenlijke schuldenlast vertegenwoordigen. De WHOA maakt het mogelijk ook buiten faillissement een akkoord af te dwingen. Dat lijkt in de praktijk van vandaag een nieuw herstructureringsinstrument.
 
Twee procedures
De WHO biedt twee procedures (beiden buiten faillissement) waarbinnen het akkoord tot stand kan worden gebracht:
1. een besloten akkoordprocedure; en
2. een openbare akkoordprocedure.
 
Bij de besloten akkoordprocedure wordt niet publiek gemaakt dat de schuldenaar of een herstructureringsdeskundige voornemens is om een akkoord aan te bieden en worden alle verzoeken aan de rechter in raadkamer behandeld.
 
Bij de openbare akkoordprocedure wordt daaraan wel publiciteit gegeven door een kennisgeving in het insolventieregister. Voorts volgt inschrijving in het Handelsregister en vindt de behandeling door de rechter in het openbaar plaats.
 
Uitgangspunt
Uitgangspunt voor toepassing van de WHOA is dat de schuldenaar in een toestand verkeert waarin het redelijkerwijs aannemelijk is dat hij insolvent zal raken. Niet alleen de schuldenaar kan een akkoordprocedure starten, maar ook zijn schuldeisers, aandeelhouders en de binnen de onderneming ingestelde ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging.
 
Het akkoord
Het akkoord kan wijzigingen aanbrengen in de rechten van schuldeisers, dat wil zeggen een wijziging van het recht van een schuldeiser om nakoming door de schuldenaar van de op hem rustende verplichtingen af te dwingen. Het akkoord kan wijzigingen omvatten van de rechten van alle categorieën schuldeisers en aandeelhouders. Dit kan derhalve ook zijn op een aanpassing van de rechten van de preferente en zekerheidsgerechtigde schuldeisers.
 
De WHOA biedt de schuldenaar ook de mogelijkheid om als onderdeel van het akkoord lopende overeenkomsten eenzijdig te beëindigen als de wederpartij niet instemt met een voorgestelde vrijwillige wijziging of beëindiging. Denk bijvoorbeeld aan een huurovereenkomst die als een spreekwoordelijke molensteen rond de nek van de onderneming hangt. Arbeidsovereenkomsten kunnen evenwel niet worden aangepast.
 
De schuldenaar kan bij het aanbieden van het akkoord crediteuren die heel verschillend zijn, indelen in verschillende ‘klassen’ van crediteuren. Te denken valt aan (ongezekerde) handelscrediteuren, (gezekerde) financiers, de fiscus met een voorrangsrecht, aandeelhouders, et cetera. De WHOA biedt een schuldenaar de vrijheid om een akkoord aan te bieden aan één of meerdere klassen crediteuren, en andere crediteuren niet. De andere crediteuren behouden dan hun vorderingen.
Financiers kunnen nieuw geld lenen aan de schuldenaar in het kader van het akkoord en daar zekerheidsrechten voor vestigen. Onder huidig recht zal het verstrekken van zekerheden voor nieuwe leningen in nagenoeg alle gevallen worden gezien als benadeling van crediteuren. Dit is daarop dus een wettelijke uitzondering.
 
Homologatie
Voor homologatie dient een akkoord aan de volgende voorwaarden te voldoen:
1. Het akkoord is nodig: zonder akkoord is het redelijkerwijs aannemelijk dat een faillissement zal volgen, terwijl de onderneming in de kern winstgevend is;
2. het akkoord is haalbaar: de herstructurering is een doordacht plan met kans van slagen;
3. er is in ieder geval één klasse crediteuren door crediteuren die tenminste 2/3 van de waarde van de schulden vertegenwoordigen akkoord gegaan met het voorstel;
4. het akkoord leidt ertoe dat geen van de betrokken klassen crediteuren in een nadeliger positie komt dan in een faillissement; en
5. de ‘waarde’ van het akkoord, bestaande uit de meerwaarde die gecreëerd en/of behouden wordt ten opzichte van een faillissementsscenario, wordt evenredig verdeeld tussen de betrokken crediteuren.
 
Als het akkoord aan deze voorwaarden voldoet, zal de rechter het in beginsel homologeren en wordt het dwingend tegenover de betrokken klassen crediteuren. Tegen een verleende homologatie staat geen hoger beroep open voor benadeelde crediteuren. Met de uitspraak van de rechter is het akkoord een feit en kan de herstructurering worden uitgevoerd.
 
Tenslotte
Of het nieuwe herstructureringsinstrument in een individueel geval geschikt is, hangt van veel feiten en omstandigheden af. Maar ter voorkoming van een faillissement en daarmee vaak teloorgang van (overlevings)kansen van een onderneming, kan een tijdige nadere beoordeling heel zinvol zijn. De adviseurs van Bureau Aard kunnen u daarbij van dienst zijn.

 

Omgevings­dialoog Willibrorduslaan 87 te Valkenswaard

Ingeval van een ontwikkeling vinden wij het relevant de omgeving te betrekken bij de planontwikkeling. Dat wil zeggen dat wij de omgeving gevraagd en ongevraagd informeren over onze plannen en wij stellen de omgeving in de gelegenheid in de planvormingsfase hun vragen en opmerkingen kenbaar te maken. Wij noemen dat ook wel “de omgevingsdialoog”.
 
Vandaag zijn we gestart met de omgevingsdialoog. De brief aan de omwonenden kunt u hier downloaden.
 

Omgevings­dialoog Helenadal 30-32 te Valkenswaard

Ingeval van een ontwikkeling vinden wij het relevant de omgeving te betrekken bij de planontwikkeling. Dat wil zeggen dat wij de omgeving gevraagd en ongevraagd informeren over onze plannen en wij stellen de omgeving in de gelegenheid in de planvormingsfase hun vragen en opmerkingen kenbaar te maken. Wij noemen dat ook wel “de omgevingsdialoog”.
 
Vandaag zijn we gestart met de omgevingsdialoog. De brief aan de omwonenden kunt u hier downloaden.
 

De aanzegplicht en de vervaltermijn

Voor werkgevers geldt op grond van de Wet werk en zekerheid een aanzegplicht bij een tijdelijke arbeidsovereenkomst van 6 maanden of langer. De werkgever dient de werknemer uiterlijk 1 maand voor het einde van de arbeidsovereenkomst schriftelijk aan te geven of de arbeidsovereenkomst wel of niet wordt verlengd.
 
De werkgever die de aanzegplicht niet nakomt is aan de werknemer een aanzegvergoeding verschuldigd. Bij gebreke van aanzegging bedraagt de aanzegvergoeding één maand. Bij gebreke van tijdige opzegging, is de werkgever de aanzegvergoeding naar rato verschuldigd.
 
Ingeval de werkgever de aanzegvergoeding niet voldoet, dan dient de werknemer binnen drie maanden na het moment waarop de aanzegplicht ontstond (in de praktijk twee maanden na de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd) een verzoekschrift in te dienen bij de rechter. Mocht de werknemer nalaten het verzoekschrift tijdig in te dienen, dan is het recht op de aanzegvergoeding vervallen. Het is niet mogelijk deze termijn de stuiten.
 
Mocht u vragen hebben op het gebied van arbeidsrecht, neem dan contact op met één van onze juristen (info@bureau-aard.nl).

 

Aanpassing belastingdruk box 3

De Wet aanpassing box 3 is gepubliceerd in Staatsblad 2020, 546, 23 december 2020. Met deze wet wordt de vermogensrendementsheffing in box 3 aangepast zodat met ingang van 2021 met name de belastingdruk op kleinere vermogens in box 3 daalt.
 
Als het totale vermogen op de peildatum van 1 januari van een belastingjaar meer bedraagt dan het heffingsvrije vermogen, dan is de belastingheffing van box 3 van toepassing. Voor 2020 bedraagt het heffingsvrije vermogen € 30.846 voor alleenstaanden en € 61.692 voor gehuwden. Met ingang van 1 januari 2021 wordt dat verhoogd naar € 50.000 voor alleenstaande en € 100.000 voor gehuwden. Indien het vermogen hoger is dan het vrijgestelde bedrag, wordt dat meerdere progressief belast.
 

Voor 2020 laat de belastingheffing zich als volgt schematisch weergeven:

Schijf Uw (deel van de) grondslag sparen en beleggen 2020 Percentage spaargedeelte 0,07% Percentage beleggingsgedeelte 5,28%
1 vanaf € 30.846 tot € 103.643 67% 33%
2 vanaf € 103.643 tot € 1.036.418 21% 79%
3 vanaf € 1.036.418 0% 100%

Het berekende gemiddelde rendement wordt vervolgens belast tegen een tarief van 30%.
 
De schrijfgrenzen worden met ingang van 1 januari 2021 opnieuw vastgesteld. Voor 2020 laat de belastingheffing zich als volgt schematisch weergeven:

Schijf Uw (deel van de) grondslag sparen en beleggen 2020 Percentage spaargedeelte 0,03% Percentage beleggingsgedeelte 5,69%
1 vanaf € 50.000 tot € 100.000 67% 33%
2 vanaf € 100.000 tot € 1.000.000 21% 79%
3 vanaf € 1.000.000 0% 100%

Het berekende gemiddelde rendement wordt vervolgens belast tegen een tarief van 31%.
 
Mocht u naar aanleiding van dit artikel vragen hebben, neem dan contact op met Robert Philips, belastingadviseur (philips@bureau-aard.nl).