Belastingrente vennootschapsbelasting: massaal bezwaar na uitspraak rechtbank

Op 7 november 2024 oordeelde de Rechtbank Noord-Nederland dat de hoogte van de belastingrente voor de vennootschapsbelasting (vpb) in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Deze uitspraak heeft geleid tot een massaal bezwaar tegen de belastingrente, waarover de Belastingdienst nu een collectieve uitspraak moet doen. Maar wat betekent dit voor de betrokken belastingbetalers, en hoe werkt de massaal bezwaarprocedure?

Wat is de belastingrente?

De belastingrente wordt geheven wanneer belastingaanslagen niet op tijd worden betaald. Voor de vennootschapsbelasting was het belastingrentepercentage in de afgelopen jaren variabel, met percentages die hoger waren dan voor andere belastingsoorten, zoals de inkomstenbelasting. Tot 1 januari 2024 was het percentage gekoppeld aan de rente voor handelstransacties, waarna het werd gekoppeld aan de rente van de Europese Centrale Bank (ECB).

 

De belastingrente voor de vennootschapsbelasting varieerde van 4% tot 10%. Dit leidde tot kritiek, vooral omdat het percentage als te hoog werd ervaren en niet marktconform zou zijn.

De uitspraak van 7 november 2024

De Rechtbank Noord-Nederland oordeelde dat de belastingrente van 8% voor de vennootschapsbelasting in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Dit beginsel houdt in dat maatregelen geen onevenredige nadelige gevolgen mogen hebben voor de betrokkenen. De rechtbank concludeerde dat de rente van 8% een onterecht hoge last vormt voor belastingplichtigen.

 

De rechter stelde het belastingrentepercentage vast op 4%, wat was overeengekomen tussen de betrokken partijen in het geval dat de belanghebbende in het gelijk zou worden gesteld. Deze uitspraak geldt voor alle aanslagen vanaf 1 januari 2022.

Massaal bezwaar tegen de belastingrente

Naar aanleiding van deze uitspraak werden veel bezwaarschriften ingediend tegen de belastingrente. Omdat de Belastingdienst niet in staat is om alle bezwaarschriften op de gebruikelijke wijze tijdig te behandelen, werd besloten om de massaal bezwaarprocedure toe te passen. Dit maakt de behandeling van een groot aantal bezwaarschriften efficiënter.

Hoe werkt de massaal bezwaarprocedure?

Wanneer de massaal bezwaarprocedure wordt toegepast, worden bezwaarschriften die dezelfde rechtsvraag betreffen gezamenlijk behandeld. De Belastingdienst zal een of meerdere proefprocedures selecteren, en de uitkomst hiervan geldt voor alle bezwaarschriften die onder de massaal bezwaarprocedure vallen. De lopende cassatieprocedure is één van de proefprocedures.

 

Als de Hoge Raad de Belastingdienst in het ongelijk stelt, wordt de belastingrente voor de betrokken belastingplichtigen aangepast. Belastingbetalers hoeven alleen aan te geven dat hun bezwaar betrekking heeft op de rechtsvragen die in de aanwijzing massaal bezwaar zijn opgenomen.

Wat betekent de uitspraak voor 2024 en 2025?

De uitspraak van de rechtbank geldt voor belastingaanslagen vanaf 1 januari 2022. De belastingrente voor 2024 is echter verhoogd naar 10%, en deze is vanaf 1 januari 2024 gekoppeld aan de rente van de Europese Centrale Bank. Het is nog onduidelijk of de uitspraak van de rechtbank ook van toepassing zal zijn op de belastingrente vanaf 2024, gezien de gewijzigde wetgeving.

 

Voor 2025 is er positief nieuws: de belastingrente wordt met 1%-punt verlaagd ten opzichte van 2024. De rente voor vennootschapsbelasting gaat van 10% naar 9%, en voor andere belastingsoorten van 7,5% naar 6,5%. Deze verlaging is een stap in de goede richting, maar het blijft belangrijk om te controleren of het belastingrentepercentage correct is. Als blijkt dat er te veel belastingrente is betaald, kan bezwaar worden gemaakt.

Actiepunt: Bezwaar indienen binnen 6 weken

Belastingbetalers die bezwaar willen maken tegen de belastingrente, dienen dit binnen 6 weken na de dagtekening van de aanslag te doen. Het is essentieel om deze termijn in de gaten te houden en tijdig actie te ondernemen om mogelijk voordeel te behalen uit de uitspraak en eventuele verlaging van de belastingrente.

Belasting op werkelijk rendement uitgesteld tot 2028

De invoering van een nieuw stelsel voor box 3, waarin vermogen op basis van werkelijk rendement wordt belast, is uitgesteld naar 1 januari 2028.

Reden voor uitstel

Voor de invoering van het nieuwe box 3-stelsel is vastgesteld dat een wetsvoorstel uiterlijk op 15 maart 2026 moet zijn aangenomen om de geplande invoeringsdatum in 2028 te halen. Hoewel tijdelijke alternatieven, zoals een vermogensaanwasbelasting of een vermogensbelasting, theoretisch per 2027 haalbaar zouden zijn. Toch kiest het kabinet daar niet voor, omdat een tussenstelsel voor slechts één jaar de uiteindelijke hervorming naar werkelijk rendement verder zou bemoeilijken

Forfaitair en werkelijk rendement

Het huidige box 3-stelsel werkt op basis van een forfaitair rendement, waarbij een fictief rendement wordt vastgesteld voor verschillende soorten vermogen. Dit betekent dat belastingplichtigen belasting betalen over een verondersteld rendement, ongeacht hoeveel zij daadwerkelijk hebben verdiend met hun vermogen.

 

Voor de aangifte over het inkomstenbelastingjaar 2024 blijft het forfaitaire systeem van kracht. Dit houdt in dat belastingplichtigen belasting betalen over een vastgesteld fictief rendement. Belastingplichtigen kunnen in 2024 gebruikmaken van de tegenbewijsregeling. Dit betekent dat zij moeten aantonen dat hun werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement, waardoor ze minder belasting hoeven te betalen.

 

Bij de invoering van het nieuwe stelsel in 2028 zal belasting worden geheven op basis van het werkelijk behaalde rendement. Dit betekent dat belastingplichtigen alleen belasting betalen over de daadwerkelijke opbrengsten van hun spaargeld, beleggingen of andere vermogensbestanddelen.

Gevolgen voor belastingplichtigen

Het huidige systeem van forfaitaire rendementen met een tegenbewijsregeling zal door het uitstel langer van kracht blijven. Hiermee wordt belastingplichtigen de mogelijkheid geboden aan te tonen dat hun werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement. Het uitstel resulteert echter in een begrotingsgat van € 2,55 miljard. Om deze derving te compenseren, worden binnen het bestaande stelsel aanpassingen doorgevoerd:

 

  • Het forfait voor overige bezittingen vanaf 2026 verhogen met 1,78% (als deze verhoging al in 2025 zou plaatsvinden, zou dit uitkomen op 7,66% (5,88% + 1,78%)).
  • Het heffingsvrije vermogen vanaf 2026 verlagen naar ongeveer € 52.048.

Digitalisering van aangiftes

Het gebruik van de tegenbewijsregeling zal eenvoudiger worden gemaakt. Vanaf 2025 zal het mogelijk worden gemaakt om het werkelijke rendement direct in de digitale belastingaangifte op te geven, zonder dat hiervoor een apart formulier nodig is. Tegen 2027 zal een deel van de aangifte vooraf ingevuld worden met gegevens van financiële instellingen. Op deze manier wordt beoogd de administratieve lasten te verlichten en meer transparantie te bieden.

Kritiek en vooruitblik

Door de verlenging van het huidige systeem zal het forfaitaire systeem, dat door veel critici als oneerlijk wordt ervaren, langer van toepassing blijven op belastingplichtigen met een lager werkelijk rendement. Toch wordt door het kabinet benadrukt dat de extra tijd nodig is om een duurzaam en uitvoerbaar stelsel te ontwikkelen.

Omgevingsvergunning bouwen project De Graver onherroepelijk

De op 12 december 2024 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenswaard verleende omgevingsvergunning voor project De Graver in Valkenswaard is onherroepelijk. Tegen de vergunningverlening zijn geen rechtsmiddelen ingesteld.

Het project omvat 16 koopappartementen, 6 huurappartementen, een maatschappelijke ruimte en een parkeerkelder. Alle 16 koopappartementen zijn verkocht. De kopers zijn voornamelijk starters op de woningmarkt en de koopappartementen kennen een zelfbewoningsplicht. De huurappartementen, gelegen op de bovenste verdieping van het project, zijn middenhuurwoningen. De middenhuurwoningen blijven gedurende 15 jaar na de eerste ingebruikname voor de doelgroep beschikbaar. Met deze mix beantwoordt het project de behoefte in de woningmarkt in Valkenswaard.

Baken Bouw is deze week gestart met de sloop van de bestaande opstallen. De sloop en nieuwbouw draagt bij aan de revitalisatie in de wijk Het Gegraaf in Valkenswaard. De locatie grenst aan het plangebied De Wilde Wingerd van Woningbelang, waar de woningcorporatie 60 verouderde woningen heeft gesloopt die plaats maken voor in totaal 58 woningen.

Belasting betalen over crypto? Dit moet je weten om problemen achteraf te voorkomen

Cryptovaluta, zoals Bitcoin en Ethereum, worden in Nederland belast volgens de regels van de inkomstenbelasting, specifiek in box 3 van de Wet inkomstenbelasting 2001. In deze box wordt belasting geheven over het vermogen van een belastingplichtige, zoals spaargeld, aandelen en cryptovaluta. Het vermogen wordt belast op basis van de waarde van dat vermogen op 1 januari van elk jaar (de “peildatum”). Hieronder wordt uitgelegd hoe cryptovaluta belast worden, waarom ze onder box 3 vallen, en wat dit betekent voor belastingbetalers. Deze uitleg is gebaseerd op een recente uitspraak van het gerechtshof Amsterdam, waarin werd vastgesteld dat cryptovaluta tot de bezittingen in box 3 behoren.

Wat is box 3?

In box 3 wordt belasting geheven over vermogen dat niet wordt gekwalificeerd als inkomen uit werk en woning.  Het vermogen wordt belast op basis van de waarde op 1 januari van elk jaar. Dit vermogen kan bestaan uit:

  • Spaartegoeden
  • Beleggingen
  • Onroerend goed (dat niet als eigen woning wordt gebruikt)
  • Overige bezittingen, waaronder cryptovaluta

Het belastingtarief in box 3 is gebaseerd op een forfaitair rendement. Dit betekent dat belasting wordt geheven over een verondersteld rendement (winst) op het vermogen, ook als er geen daadwerkelijk rendement behaald is. Het forfaitaire rendement varieert, afhankelijk van de hoogte van het vermogen.

Waarom vallen cryptovaluta in box 3?

 

Cryptovaluta worden beschouwd als vermogen, omdat cryptovaluta economische waarde vertegenwoordigen. Cryptovaluta kunnen worden verhandeld (gekocht en verkocht) en kunnen winst opleveren, bijvoorbeeld wanneer de waarde van een cryptomunt stijgt. Volgens de belastingdienst vallen cryptovaluta onder de categorie ‘overige bezittingen’ in box 3. Dit geldt, zelfs als cryptovaluta niet als ‘vermogensrechten’ in de civiele wetgeving worden gezien.

 

In een recente uitspraak van het gerechtshof Amsterdam werd bevestigd dat cryptovaluta onder de belastingregels van box 3 vallen. Het hof oordeelde dat cryptovaluta onder de rendementsgrondslag van box 3 vallen, aangezien ze overdraagbaar zijn, economische waarde vertegenwoordigen en financieel voordeel kunnen opleveren. Hoewel cryptovaluta niet als vermogensrecht in civielrechtelijke zin worden beschouwd, werden ze door het hof aangemerkt als ‘overige bezittingen’ volgens de Wet inkomstenbelasting 2001.

Forfaitair rendement en belasting op cryptovaluta in box 3

 

In box 3 wordt belasting geheven over een forfaitair rendement. Dit is een verondersteld rendement op je vermogen, ongeacht of je daadwerkelijk winst maakt. Het belastingtarief voor het belastingjaar 2024 op dit rendement is 36%. Dit belastingtarief wordt jaarlijkse opnieuw vastgesteld.

 

Voor overige bezittingen (waar cryptovaluta onder valt) wordt een forfaitair rendement van 6,04% verondersteld. Dit geldt voor vermogen boven het heffingsvrije vermogen van € 57.000.

Stap Omschrijving Berekening Uitkomst
1. Belastbaar rendement € 150.000 × 6,04% € 9.060
2. Rendementsgrondslag € 150.000 – € 0 € 150.000
3. Grondslag sparen en beleggen € 150.000 – € 57.000 € 93.000
4. Aandeel in rendementsgrondslag € 93.000/ € 150.000 × 100 62%
5. Voordeel uit sparen en beleggen € 9.060 × 62% € 5.617,20
6. Belastingtarief 2024 € 5.617,20 × 36% € 2.022,59

Wat als verlies is gemaakt op cryptovaluta?

 

Als er verlies is gemaakt met cryptovaluta, bijvoorbeeld doordat de waarde van de investering is gedaald, heeft dit geen invloed op de belasting die verschuldigd is. Er wordt namelijk belasting geheven op het forfaitaire rendement, wat betekent dat belasting wordt betaald over het veronderstelde rendement, ook als geen rendement is.

Wat als het werkelijke rendement lager is?

 

Als het forfaitaire rendement niet wordt geaccepteerd (bijvoorbeeld bij verlies of een lagere waarde van de cryptovaluta dan het veronderstelde rendement), kan dit worden aangetoond bij de belastingdienst. Middels een bezwaarschrift wordt het werkelijke rendement uiteengezet.

Administratie van cryptovaluta

 

Een gedetailleerde administratie van cryptovaluta wordt aanbevolen, zodat de waarde op de peildatum kan worden aangetoond. De belastingdienst kan bewijs vragen van de waarde van de cryptomunten, bijvoorbeeld in de vorm van een screenshot van de koers op 1 januari. Ook moeten eventuele aankopen, verkopen en andere transacties worden bijgehouden voor de belastingaangifte.

 

 

Bureau Aard koopt de gemengde locatie hoek Leenderweg – De Vlasroot te Valkenswaard voor woningbouwontwikkeling

Bureau Aard kocht de gemengde locatie hoek Leenderweg – De Vlasroot te Valkenswaard voor woningbouwontwikkeling en geeft het project de werknaam De Wetering. “Na onze eerdere projecten in Valkenswaard zijn we verheugd opnieuw een betekenisvolle ontwikkeling te kunnen realiseren,” aldus Roel Pluimakers van Bureau Aard. “We kennen de lokale markt goed en weten wat er nodig is. Deze locatie biedt mooie kansen om het woningaanbod verder te versterken.”

De locatie heeft een industrieel verleden dat kenmerkend is voor de ontwikkeling van Valkenswaard. De Leenderweg vormde een belangrijke verbindingsader voor de industriële activiteiten in de gemeente. Momenteel bestaat het perceel uit een combinatie van bedrijfsbebouwing en woonruimte. De bebouwing dateert uit verschillende periodes en weerspiegelt daarmee de geleidelijke transformatie van het gebied van een overwegend bedrijfsmatige functie naar een meer gemengd gebruik. De huidige opstallen zijn verouderd en het plangebied roept om revitalisering.

Op deze locatie zijn eerder planinitiatieven genomen door een andere ontwikkelaar. Bureau Aard kent die plannen, maar acht die niet haalbaar en onderzoekt de mogelijkheden die beter passen in de omgeving en een antwoord zijn op de behoefte in de markt. Bureau Aard voert overleg met de gemeente Valkenswaard en Woningbelang over de planvorming en verwacht op korte termijn als eerste de omgeving daarbij te kunnen betrekken.

Groen licht voor bouwproject De Graver in Valkenswaard

Op 12 december 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenswaard de omgevingsvergunning verleend voor project De Graver in Valkenswaard. Het project omvat 16 koopappartementen, 6 huurappartementen, een maatschappelijke ruimte en een parkeerkelder.

 

De vergunningverlening markeert het einde van een ongebruikelijk langdurig vergunningstraject. Ondanks de teleurstelling dat het bestuur van de gemeente Valkenswaard naar onze indruk onvoldoende oog had voor de voortgang van het project en de betrokken belangen van de starters op de woningmarkt, ligt de focus nu eindelijk op de uitvoering van het project. Bureau Aard bedankt de betrokken ambtenaren en adviseurs voor hun toewijzing en volharding en wenst de starters veel geluk en succes nu eindelijk concreet zicht bestaat op deze (volgende) stap in hun wooncarrière.

 

Leemans Makelaardij droeg zorg voor de verkoop van de 16 koopappartementen.

 

De bouwkundige uitvoering van het project is in handen van Baken Bouw.

 

Meer nettoloon in 2025? Dit verandert er voor werkenden en gepensioneerden

In 2025 stijgt het nettoloon voor een groot deel van de werknemers. Dit is te danken aan nieuwe belastingmaatregelen. Toch is er een keerzijde: niet iedereen profiteert evenveel, en sommige groepen gaan er zelfs op achteruit.

Wat verandert er in 2025?

De belangrijkste wijziging in 2025 is de introductie van een extra belastingschijf. Hierdoor betalen veel mensen minder belasting over hun inkomen. Voor het eerste deel van het inkomen geldt volgend jaar een belastingtarief van 35,82%. Dit nieuwe tarief is van toepassing op inkomens tot €38.441 per jaar. Vergeleken met dit jaar geldt er een tarief van 36,97% over de eerste €75.518.

Wie profiteert van de nieuwe belastingregels?

Werknemers met een modaal brutoloon (ongeveer €3588 per maand) ontvangen vanaf januari 56 euro extra per maand. De stijging bij werkenden met een minimumloon is afhankelijk van het aantal gewerkte uren:

  • 36 uur per week: + €41
  • 38 uur per week: + €53
  • 40 uur per week: + €58

Daarnaast stijgt het minimumuurloon in 2025 naar €14,06 voor werkenden vanaf 21 jaar.

De keerzijde: parttimers en lage inkomens

Niet iedereen heeft baat bij de belastingmaatregelen. Vooral parttimers met een brutoloon tussen de €1.000 en €2.000 per maand gaan er in veel gevallen op achteruit. Dit komt doordat de maximale algemene heffingskorting in 2025 met €294 wordt verlaagd.

Voor deze groep betekent dit:

  • Bij €1.000 bruto per maand: – €22 netto
  • Bij €1.500 bruto per maand: – €31 netto
  • Bij €2.000 bruto per maand: – €32 netto

Zelfs fulltime minimumloners, met een salaris rond de €2.000 per maand, merken de negatieve effecten. Jongeren met een vergelijkbaar inkomen vallen hieronder. Vanaf een salaris van ongeveer €2.150 gaan werkenden er niet meer op achteruit.

Wat betekent dit voor gepensioneerden?

Gepensioneerden kunnen uitkijken naar een lichte daling van het belastingtarief. Het belastingtarief voor AOW-gerechtigden wordt verlaagd van 19,07% naar 17,92%. Ook wordt hun bijdrage aan de Zorgverzekeringswet iets verlaagd. Deze wijzigingen zorgen ervoor dat het aanvullend pensioen in 2025 stijgt.

 

2025 in zicht: actuele fiscale tips voor u en uw organisatie

Het jaar 2025 komt snel dichterbij, en het is belangrijk om te weten welke fiscale acties vóór het einde van 2024 nog genomen kunnen worden, en welke juist beter tot volgend jaar kunnen worden uitgesteld. Door nu strategisch te handelen, kunt u inspelen op de wijzigingen die in 2025 plaatsvinden.

In dit artikel hebben wij de belangrijkste fiscale tips en aandachtspunten voor zowel u als voor uw organisatie op een rij gezet. De selectie is gebaseerd op het Belastingplan 2025, dat op 14 november 2024 door de Tweede Kamer is aangenomen. De Eerste Kamer stemt over het pakket op 17 december 2024. Daarnaast worden ook tips besproken die voortkomen uit eerdere wetsvoorstellen, goedkeuringen en beleidsbesluiten die relevant zijn voor het komende jaar.

Box 1: Middeling

Middelingsregeling voor 2022-2024: Laatste kans om belastingteruggave te ontvangen

De middelingsregeling is per 2023 afgeschaft, maar voor de jaren 2022-2024 kunt u nog profiteren van deze regeling. Hiermee kan het gemiddelde inkomen over drie aaneengeschakelde jaren worden berekend, en als het gemiddelde belastingtarief lager is, kan er belasting worden terugontvangen.

Actietip: Maak gebruik van de middelingsregeling voor het laatst over de jaren 2022-2024, voordat deze regeling niet meer beschikbaar is.

Box 2: Dividenduitkeringen

Het uitkeren van dividend

In box 2 wordt inkomen uit aanmerkelijk belang, zoals dividend, momenteel belast in twee schijven. Tot 67.000 euro (of 134.000 euro voor fiscale partners) geldt een belastingtarief van 24,5%, en voor het meerdere wordt 33% geheven. Vanaf 2025 wordt echter het hogere tarief van 33% verlaagd naar 31% voor inkomens boven 67.804 euro. Dit biedt mogelijkheden om belasting te besparen bij dividenduitkeringen in 2025.

Actietip: Overweeg om in 2024 al dividend uit te keren tot 67.000 euro om te profiteren van het lagere tarief in de eerste schijf.

Lenen van de BV: wees voorzichtig met schulden boven 500.000 euro

Voor directeur-grootaandeelhouders (DGA’s) geldt dat schulden aan de eigen BV van meer dan 500.000 euro als dividend worden behandeld, en dus belast worden in box 2 tegen tarieven van 24,5% en 33%. Dit geldt met uitzondering van schulden die verband houden met de eigen woning.

Actietip: Het kan voordelig zijn om leningen boven deze grens af te bouwen vóór 31 december 2024.

Box 3: Wijzigingen voor eigenwoningschuld en beleggingen

Keuze tussen box 1 en box 3 voor eigenwoningschuld

Wanneer de hypotheekrente laag is, kan het fiscaal voordelig zijn om de eigenwoningschuld in box 3 onder te brengen, in plaats van box 1. Dit kan voordeel opleveren door de lagere renteaftrekken in box 1 en de gefaseerde afschaffing van de aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld (wet Hillen).

Actietip: Overweeg de mogelijkheden om de eigenwoningschuld in box 3 onder te brengen om belasting te besparen.

 

Beleggingen onderbrengen in een BV of VBI

Afhankelijk van uw vermogen kan het voordelig zijn om beleggingen onder te brengen in een BV (box 2) of een VBI (vrijgestelde beleggingsinstelling). Dit kan belastingvoordelen opleveren, zoals de vrijstelling van vennootschapsbelasting voor een VBI.

Actietip: Overweeg beleggingen onder te brengen in een BV of VBI, afhankelijk van het rendement en de omvang van uw vermogen.

 

Rechtsherstel in box 3: aanvragen en mogelijkheden

Voor alle aanslagen vanaf 2021 is er recht op rechtsherstel door het zogenoemde kerstarrest van de Hoge Raad. Is het werkelijke rendement lager dan het forfaitaire rendement, dan kan aanvullend rechtsherstel worden verkregen. Dit kan door het formulier ‘Opgaaf Werkelijk Rendement’ (OWR) in te vullen, dat medio 2025 beschikbaar zal komen.

Actietip: Controleer of u in aanmerking komt voor rechtsherstel en dien indien nodig een verzoek in.

 

Vrijstelling voor groene beleggingen in box 3

De vrijstelling voor groene beleggingen in box 3 wordt per 1 januari 2025 verlaagd van 71.251 euro (142.502 euro voor fiscale partners) naar 26.312 euro (52.624 euro voor fiscale partners). Daarnaast wordt de heffingskorting groene beleggingen verlaagd van 0,7% naar 0,1% van het werkelijk in box 3 vrijgestelde bedrag aan groene beleggingen.

Actietip: Overweeg om vóór 1 januari 2025 te investeren in groene beleggingen om nog gebruik te maken van de hogere vrijstelling.

Bedrijfsopvolging: maak tijdig gebruik van de fiscale faciliteiten

De bedrijfsoverdracht plannen

De fiscale regels rondom bedrijfsopvolging zullen de komende jaren veranderen. De 100%-vrijstelling in de schenk- en erfbelasting gaat gelden voor ondernemingsvermogen met een waarde tot 1,5 miljoen euro. Bovendien zal het vrijstellingspercentage voor vermogens boven deze grens dalen van 83% naar 75%. Er wordt ook een minimumleeftijd voor de opvolger ingevoerd.

Daarnaast geldt per 2025 een kortere voortzettingstermijn van drie jaar, in plaats van vijf jaar. Het is daarom essentieel om tijdig na te denken over de bedrijfsoverdracht en de fiscale gevolgen van deze veranderingen.

Actietip: Plan uw bedrijfsoverdracht goed en maak gebruik van de fiscale faciliteiten vóór de nieuwe regels in 2025 van kracht worden.

 

Let op de afschaffing van de beleggingsmarge in de BOR/DSR

Per 1 januari 2025 vervalt de beleggingsmarge in de BOR/DSR, wat betekent dat beleggingsvermogen niet meer automatisch onder de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten valt. Het is belangrijk om nu al te bepalen welk vermogen wel of niet als ondernemingsvermogen kwalificeert.

Actietip: Zorg ervoor dat u precies weet welke middelen kwalificeren als ondernemingsvermogen en bereid uw bedrijf goed voor op de afschaffing van de beleggingsmarge.

 

Strengere regels voor gemengd gebruik van bedrijfsmiddelen

Bedrijfsmiddelen die zowel zakelijk als privé gebruikt worden, kwalificeren vanaf 2025 alleen nog als ondernemingsvermogen voor de BOR/DSR als ze daadwerkelijk binnen de onderneming worden gebruikt. Dit geldt voor vermogensbestanddelen van meer dan 100.000 euro die minder dan 90% zakelijk worden gebruikt.

Actietip: Controleer het gebruik van bedrijfsmiddelen en zorg ervoor dat alleen daadwerkelijk zakelijk gebruikte middelen als ondernemingsvermogen worden aangemerkt.

 

Loonheffingen : schijnzelfstandigheid

Voorkom schijnzelfstandigheid

Organisaties die zzp’ers inhuren, krijgen per 1 januari 2025 meer verantwoordelijkheid in het beoordelen van de arbeidsrelatie met de zzp’er, vooral in het kader van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelatie (Wet DBA). De handhaving van deze wet werd de afgelopen jaren opgeschort, maar per 1 januari 2025 wordt dit moratorium opgeheven. Dit betekent dat organisaties vanaf dat moment strenger moeten kijken naar hun relaties met zzp’ers, vooral bij kwaadwillendheid of het niet opvolgen van aanwijzingen. In 2026 treedt de Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden in werking. Zorg ervoor dat uw organisatie goed geïnformeerd is over deze veranderingen.

Actietip: Controleer de arbeidsrelaties met zzp’ers en zorg ervoor dat de contracten voldoen aan de richtlijnen van de Wet DBA. Dit helpt schijnzelfstandigheid te voorkomen en minimaliseert de risico’s van belastingheffing per 1 januari 2025.

Vennootschapsbelasting: fiscale planning

Besparen op Belasting met een Gift vanuit de BV

Een grote gift vanuit uw BV aan een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI) of een Sociaal Belang Behartigende Instelling (SBBI) kan onder voorwaarden aftrekbaar zijn in de vennootschapsbelasting. Als de gift vóór 1 januari 2025 wordt gedaan, wordt deze niet aangemerkt als een uitdeling, waardoor geen box 2-heffing of dividendbelasting verschuldigd is.

Actietip: Overweeg om vóór 1 januari 2025 een gift te doen en zo belasting te besparen.

 

Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA)

Maak optimaal gebruik van de KIA door uw zakelijke investeringen vóór 1 januari 2025 te doen. De KIA biedt belastingvoordeel voor bedrijfsmiddelen tussen de € 2.800 en € 387.580.

Actietip: Maak een overzicht van uw geplande investeringen en controleer of ze binnen deze grens vallen, zodat u extra belastingaftrekken kunt realiseren.

 

Voorkom de desinvesteringsbijtelling

Wees alert bij het verkopen of afstoten van bedrijfsmiddelen. De desinvesteringsbijtelling houdt in dat belastingaftrekken van eerdere investeringen worden teruggevorderd. Verkoop geen bedrijfsmiddelen met hoge afschrijvingen of belastingvoordeel voordat u de desinvesteringsbijtelling in overweging hebt genomen.

Actietip: Plan uw desinvesteringen zorgvuldig om onverwachte belastingverplichtingen te voorkomen.

 

Werkkostenregeling (WKR)

Gebruik de vrije ruimte in de Werkkostenregeling maximaal door vergoedingen en verstrekkingen goed te administreren. De vrije ruimte is een percentage van de loonsom van uw organisatie. Zorg ervoor dat u vergoedingen zoals geschenken, telefoons of laptops juist verwerkt in uw administratie om belastingheffing te voorkomen.

 

Houd rekening met wijziging kwalificatie open CV

Vanaf 1 januari 2025 worden de meeste commanditaire vennootschappen (CV’s) fiscaal transparant. Dit betekent dat de commanditaire vennoten rechtstreeks in de belastingheffing worden betrokken voor de inkomsten- en vennootschapsbelasting. De wetgever heeft overgangsbepalingen geïntroduceerd, die per 1 januari 2024 van kracht zijn. Het is belangrijk om te controleren of u nog gebruik kunt maken van deze overgangsbepalingen om de fiscale gevolgen te beperken.

Actietip: Evalueer de wijziging van de kwalificatie van commanditaire vennootschappen (CV’s).

Overdrachtsbelasting: startersvrijstelling

Benut verruiming startersvrijstelling

Huizenkopers tussen de 18 en 35 jaar kunnen tot 1 januari 2025 profiteren van de startersvrijstelling in de overdrachtsbelasting. Per 1 januari 2025 wordt de vrijstelling verhoogd naar een aankoopbedrag van 525.000 euro, in plaats van 510.000 euro. Het kan voordelig zijn om de aankoop van een woning met een waarde tussen deze bedragen uit te stellen naar 2025.

Actietip: Stel de aankoop van een woning uit tot 2025 om te profiteren van de verhoogde startersvrijstelling in de overdrachtsbelasting.

Mobiliteit: BPM-vrijstelling en subsidies

Verlies BPM-vrijstelling voor bestelauto’s

Per 1 januari 2025 vervalt de BPM-vrijstelling voor bestelauto’s die door ondernemers worden aangeschaft (grijskentekenregeling). Als uw organisatie gebruik wil maken van deze regeling, moet de bestelauto voor 1 januari 2025 op kenteken staan.

Actietip: Koop een bestelauto vóór 1 januari 2025 om nog gebruik te maken van de BPM-vrijstelling.

 

Subsidie voor elektrische auto’s

Als particulier kunt u tot 1 juli 2025 profiteren van de Subsidieregeling Elektrische Personenauto’s Particulieren (SEPP), die subsidie biedt voor de aanschaf van nieuwe en gebruikte volledig elektrische auto’s. Dit geldt ook voor ondernemers via de Subsidieregeling Emissieloze Bedrijfsauto’s (SEBA), die eindigt op 31 december 2024.

Omzetbelasting: vastgoed en diensten

Btw-wijziging voor vastgoed

Per 1 januari 2025 verandert de btw-behandeling van servicekosten in vastgoedtransacties. Dit kan gevolgen hebben voor uw btw-administratie, dus het is raadzaam om tijdig te controleren welke servicekosten onder de gewijzigde regels vallen.

Actietip: Evalueer de btw-behandeling van servicekosten binnen huurovereenkomsten

 

Btw-wijziging voor digitale diensten

Met ingang van 1 januari 2025 wijzigen de btw-regels voor digitale evenementen en diensten. De btw wordt verschuldigd in het land waar de afnemer is gevestigd. Dit betekent dat ondernemers in deze sectoren moeten nagaan waar hun klanten zich bevinden en hoe dit de btw-aangifte beïnvloedt.

Heeft u na het lezen van dit artikel nog vragen of behoefte aan verder advies? Neem dan contact op met onze adviseurs. Met onze aanpak van “Orde op zaken – zaken op orde” zorgen wij ervoor dat uw situatie duidelijk wordt en alles optimaal geregeld is.

Maak een Frisse Start in 2025: Orde op Zaken met Bureau Aard

Met het nieuwe boekjaar voor de deur, is januari hét moment om orde op zaken te stellen en met een frisse start aan 2025 te beginnen. Overweeg je om over te stappen naar een administratiekantoor dat jouw bedrijf echt begrijpt? Bureau Aard helpt je graag met een soepele overgang. Orde op zaken, zaken op orde – dát is waar wij voor staan.

Waarom kiezen voor Bureau Aard?

  • Persoonlijke benadering en maatwerk We nemen de tijd om jouw bedrijf te leren kennen en stemmen onze diensten af op jouw unieke behoeften, zodat je administratie altijd in goede handen is.
  • Efficiëntie met moderne technologie Onze up-to-date software maakt je administratie overzichtelijk en toegankelijk, waardoor je tijd bespaart en altijd inzicht hebt. Zo houden we je zaken op orde.
  • Helder financieel advies Bureau Aard biedt advies dat verder gaat dan alleen de cijfers. Wij denken met je mee over besparingen, groei en belastingvoordelen, zodat jij optimaal profiteert.
  • Soepele overstapservice Met onze overstapservice wordt de overgang naar Bureau Aard eenvoudig geregeld. Wij zorgen voor de administratie, zodat jij je kunt richten op je bedrijf.

 

Klaar om orde op zaken te stellen? Neem vandaag nog contact op met een van onze adviseurs voor een vrijblijvend gesprek en ervaar hoe wij jouw administratie naar een hoger niveau tillen.

Omgevingsvergunning Markt 14 te Waalre verleend

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalre heeft op aanvraag van Bureau Aard Vastgoed op 8 februari jongstleden de omgevingsvergunning verleend voor de realisatie van project Wolderstaete te Waalre.

 

De locatie is een prominente plaats in Waalre. De lokale Rabobank heeft hier nog kantoor gehouden. Na de verhuizing van de Rabobank vestigde de eerste notaris in de gemeente Waalre, wijlen Richard Jansen, zich op deze locatie. De bestaande bebouwing maakt plaats voor een complex bestaande uit een bedrijfsruimte op de begane grond en twee zeer ruime woonappartementen.

 

Het gebouw is een ontwerp van Margry Arts Architecten uit Valkenswaard en de bouwkundige realisatie van het project is in handen van Bouwbedrijf Baken uit Valkenswaard.